DonerenNieuwsbrief
HomeThema'sActuele thema'sStop geweld tegen vrouwen op het werk 

Interview Nicole Mathot - Intimidatie een wereldwijd probleem

Stop geweld tegen vrouwen op het werk 

Lees meer

Nicole Mathot is regio coördinator en genderexpert bij CNV Internationaal: “Geweld en intimidatie op het werk is een wereldwijd probleem en vormt een belangrijk obstakel voor gendergelijkheid. Het schaadt niet alleen werknemers, maar ook werkgevers en de maatschappij als geheel”. 

  • Jouw focus ligt op gendergelijkheid op de werkvloer, is dat nog nodig anno 2021?

Helaas is dat zeker het geval: ruim 60 procent van de  werknemers ervaart gendergerelateerde  discriminatie of intimidatie en één op de drie vrouwen krijgt te maken met fysiek of seksueel geweld op het werk. In 2019 werd de baanbrekende conventie 190 tegen geweld en intimidatie op het werk aangenomen door de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) van de VN. In dit verdrag is voor het eerst een brede definitie opgenomen van geweld en intimidatie. Het bijzondere is bovendien dat het verdrag betrekking heeft op alle werksituaties zowel in de publieke en private sector (ongeacht de vorm van het contract) als in de informele sector. Dat wil zeggen dat ook vrouwen die bijvoorbeeld als hulp in de huishouding of kindermeisje in een gezin werken, beschermd zijn. Tot voor kort ontbrak er een internationaal juridisch kader waarin geweld en intimidatie op het werk als mogelijke schending van mensenrechten wordt beschouwd.

  • COVID-19 heeft wereldwijd een grote impact gehad, heeft het ook gevolgen gehad voor de veiligheid van vrouwen tijdens het werk, denk je?

Door corona zijn de grenzen tussen werk en de thuissituatie vervaagd. We weten dat geweld thuis in tijden van crisis toeneemt en dat heeft ook impact op het werk. De conventie legt terecht een verband tussen werk en huiselijk geweld. Werkgevers hebben een zorgplicht om werknemers die in een dergelijke situatie zitten te helpen. Bijvoorbeeld door hun verlof te geven, zodat ze maatregelen kunnen nemen om zichzelf in veiligheid te brengen en er voor te zorgen dat ze hun baan en economische zekerheid niet verliezen. Veel vrouwen zijn door corona ook nog eens hun sociale netwerk op het werk verloren en dreigen in een isolement te komen.

  • Veel vakbonden waarmee CNV Internationaal samenwerkt, besteden aandacht aan veilig werken. Kan je een voorbeeld noemen dat jou inspireert?

Door de beperkende corona maatregelen moesten veel van onze partnervakbonden versneld hun diensten digitaliseren. Een vakbond als COSI in Benin (Afrika) heeft dat zeer voortvarend opgepakt met een gratis telefonische hulplijn voor vrouwen die te maken krijgen met seksuele intimidatie en geweld op het werk. Vrouwen kunnen daar terecht voor psychosociale en juridische hulp. Indien nodig verwijst COSI de vrouwen door voor medische hulp. Maar COSI doet ook aan preventie en bewustwording, bijvoorbeeld door journalisten te trainen in de problematiek van gender gerelateerd geweld en intimidatie op het werk. Ook heeft COSI een Whats-appgroep opgericht voor hulpverleners. Deze groep dient als discussieplatform voor maatschappelijk werkers, juridische hulpverleners, psychologen, artsen en vertrouwenspersonen van de vakbond. Ik heb grote bewondering voor de gespreksleidster die al veel taboeonderwerpen op een respectvolle wijze aan de orde heeft gesteld én met behulp van de wetsteksten het juridische kader aangeeft.

  • Wat was voor jou persoonlijk een belangrijk moment en waarom?

In maart 2019 maakte ik als genderexpert met vakbondskennis deel uit van de Nederlandse onderhandelingsdelegatie voor de jaarlijkse Vrouwentop van de Verenigde Naties in New York. Een boeiend kijkje in de keuken van de VN. Maar het bleek ook een gedenkwaardige sessie met veel verbale agressie en digitale intimidatie; verworven vrouwenrechten bleken alles behalve vanzelfsprekend en moesten opnieuw worden bevochten. Ik was dan ook erg opgelucht dat later dat jaar het verdrag tegen geweld en intimidatie op het werk van de Internationale Arbeidsorganisatie – een gespecialiseerde organisatie van de VN - met een overweldigende meerderheid werd aangenomen. 

  • Samen met genderexpert Jane Pillinger heb je een tool ontwikkeld die vakbonden kunnen gebruiken om te toetsen of ze genderbewust werken, hoe werkt de tool?

De tool bestaat uit een praktische handleiding, een vragenlijst en een begrippenlijst waarmee vakbonden zelf kunnen evalueren hoe het staat met gendergelijkheid en inclusiviteit. Het gaat daarbij zowel om de interne organisatie als ook om het externe beleid. Denk bijvoorbeeld aan een genderbewust personeelsbeleid, de betrokkenheid van vrouwen en jongeren bij de besluitvorming en het meenemen van hun belangen in cao onderhandelingen. Aan de hand van de uitkomsten wordt een concreet verbeterplan opgesteld. De tool is nog in de pilot fase, we gaan er binnen CNV ook mee aan de slag.