DonerenNieuwsbrief
HomeOns werk

Na 50 jaar vrede in Colombia

Stop geweld tegen vrouwen op het werk 

Lees meer

Na 50 jaar - Vrede in Colombia

CNV Internationaal steunt kwetsbare werkenden en vakbondswerk in landen waar de omstandigheden veel moeilijker zijn en de financiële middelen beperkt.

Zoals in Colombia waar vakbondswerk zelfs levensgevaarlijk is. 50 Jaar lang, dus zolang CNV Internationaal bestaat, heeft daar een burgeroorlog gewoed. Vakbondswerk eiste daar vele slachtoffers. Toch ontstond begin jaren zeventig een nieuwe vakbond.

 

‘Zonder het gewapende conflict zou Colombia welvarend zijn geweest’

 Al meer dan vijftig jaar woedt er in het Latijns-Amerikaanse Colombia een gewapende machtsstrijd tussen guerrillastrijders, paramilitairen, drugsbendes en andere criminele groepen. Duizenden mensen zijn vermoord en elke Colombiaan kent wel iemand die is ontvoerd of afgeperst. Het gevolg is een ontwricht land. Het einde van het conflict leek in zicht toen de wapenstilstand met de FARC op 23 juni getekend werd en het definitieve akkoord op 26 september ondertekend werd. Op 2 oktober wees een kleine meerderheid van de Colombiaanse bevolking het akkoord in de huidige vorm echter in een referendum af. Grote groepen van de bevolking die geleden hebben onder de oorlog voelen zich niet gehoord.

Aan het woord is Julio Roberto Gomez Esguerra. Vanuit zijn vakbond CGT neemt hij deel aan de Vredescommissie die de Colombiaanse regering heeft ingesteld om het vredesproces te begeleiden.

Burgeroorlog woedt al 50 jaar

Al sinds de jaren zestig van de vorige eeuw woedt er in het Latijns-Amerikaanse land een strijd tussen het leger, guerrillastrijders van groeperingen als de FARC en ELN, paramilitairen, drugshandelaren en andere criminele bendes. Aanvankelijk ging de strijd om het eigendom van de natuurlijke rijkdommen van het land. 

Idealen op de achtergrond

Maar inmiddels zijn die idealen ver op de achtergrond geraakt en draait het om macht en geld. De strijdende partijen handelen in drugs, hebben in het hele land mijnen neergelegd, blazen energiemasten op, vallen de burgerbevolking aan en saboteren zo’n beetje alles wat maar denkbaar is.  

Vakbondsleiders op dodenlijst FARC

“Colombia is een van de vijf landen ter wereld met het grootste verschil tussen rijk en arm”, schetst Julio Roberto Gomez Esguerra de situatie in zijn land. Hij raakt niet uitgepraat over de duizenden slachtoffers die de machtsstrijd inmiddels heeft gekost. “Ik zet mij ervoor in dat er niet alleen een einde aan komt, maar belangrijker: dat we aan vrede kunnen bouwen”.

De vakbondsman riskeert er zijn leven voor. Zonder beveiliging reizen van A naar B is er voor Julio Roberto Gomez Esguerra al jaren niet bij. Hij weet dat hij een van de CGT leiders op de ‘dodenlijst’ van de FARC is. Toch weerhoudt dat de vakbondsman er niet van om van zich te laten horen. Zeker niet, nu de vrede in zicht lijkt na jarenlange onderhandelingen tussen de Colombiaanse regering en de guerrillastrijders van de FARC.

Wederopbouw in land met mogelijkheden

“Er is een hele generatie in Colombia die nog nooit een vredestijd heeft meegemaakt. En dat terwijl Colombia zoveel mogelijkheden heeft; als het gewapende conflict er niet was geweest, waren we absoluut het rijkste en meest ontwikkelde land van Latijns-Amerika geweest”, vertelt de vakbondsman. 

In rap tempo noemt hij de feiten op. Zo is Colombia erg vruchtbaar, heeft het land olie en steenkool en is de ligging aan zowel de Caribische als de Pacifische zeeën erg gunstig. De vakbondsman vervolgt: “Uit studies blijkt dat Colombia 320 miljoen ton voedsel per jaar kan produceren. We hebben slechts 35 miljoen ton nodig. Maar op dit moment moeten we zelfs 17 miljoen ton importeren. Dus we produceren maar 18 miljoen ton, terwijl we bijna 300 miljoen ton zouden kunnen exporteren!”  

Mensen durven niet te geloven in andere tijden

Hoewel de bevolking maar wat graag vrede wil, is het merendeel sceptisch over het welslagen van de vredesonderhandelingen. “Mensen hebben de afgelopen decennia zoveel geleden, dat ze gewoonweg niet kunnen geloven dat er een andere tijd komt”, weet Julio Roberto Gomez Esguerra. “Mensen wantrouwen de FARC. De deelakkoord die eerder werden gesloten waren nog voorlopig. Op 23 juni is het laatste deelakkoord gesloten, maar het vredesakkoord  is pas definitief als het referendum is geweest. Veel Colombianen vrezen echter dat de FARC het alsnog laat afweten.

Andere strijders ontbreken aan de vredestafel

Nog een andere vrees: alleen de FARC zit aan de vredestafel, niet al die andere strijdende partijen. Dus wat doen deze als de FARC de strijdbijl begraaft? Al deze zaken kaart Julio Roberto Gomez Esguerra vanuit zijn CGT aan in de Vredescommissie. Ook de andere strijders moeten aan tafel bij het vredesproces. “Het maakt mij niet uit of er een gezamenlijk gesprek komt of dat er met hen 1-op-1 wordt onderhandeld. Het gaat erom dat het hoe dan ook gebeurt.”  

Vrede en gerechtigheid in post-akkoord tijd

Julio Roberto Gomez Esguerra heeft het liever over de post-akkoord tijd, dan over de post-conflict tijd. Want voordat er echt sprake is van vredestijd, moeten er nog harde noten worden gekraakt, benadrukt de vakbondsleider. Als voorbeeld noemt hij de gerechtigheid. “De strijders die al die delicten hebben gepleegd, moeten worden gestraft en de slachtoffers erkend." 

Het betekent dat de FARC de slachtoffers financieel moet gaan compenseren. In Colombia weet iedereen dat de FARC veel duistere inkomstenbronnen heeft en dat er op geheime plekken miljoenen dollars worden bewaard. Financiële genoegdoening is dus zeker mogelijk.” 

Dialoog met ontheemden en boeren over post conflict periode

“Vanuit mijn rol als vakbondsleider kan ik voor  sociaal draagvlak zorgen. Ik wil de stem van de Colombianen laten horen, zodat men weet wat er onder de bevolking leeft.”  Alle bevolkingsgroepen wil hij het woord geven; van de boeren en ontheemden tot aan de inheemse bevolking. Of, zoals hij zelf zegt: “De mensen die anders nooit gehoord worden.”  “Het belangrijkste doel is de dialoog op te starten over het thema van de post-conflict periode”, aldus Gomez Esguerra.

“Dus wat gebeurt er in de leefomgeving van deze mensen? Hoe denken zij over het vredesakkoord? En over het feit dat zij helemaal niet gehoord zijn tijdens het vredesproces.” Of dat nu niet te laat is? “Nee”, zegt de vakbondsman, “met het ondertekenen van een akkoord heb je nog geen vrede, we moeten de vrede vanaf dan gaan opbouwen. Dat zal een enorme uitdaging zijn in een land waar de bevolking zo arm en geschaad is.”  

Ik droom van vrede inclusief sociale gerechtigheid

Julio Roberto Gomez is er trots op dat zijn vakbond deze belangrijke rol kan vervullen. “Wij doen meer voor onze leden dan trainingen aanbieden of arbeidsvoorwaarden voor ze regelen.”

De vakbondsman zal niet snel tevreden zijn over de stappen die gezet worden. “Als straks het vredesakkoord getekend is, hebben we nog een hele weg te gaan. De aandacht mag dan niet gaan verslappen.”

“Ik droom ervan dat we aan de vrede kunnen bouwen, inclusief sociale gerechtigheid. Er hebben zoveel mensen moeten lijden. Dat zullen we nooit vergeten, maar misschien kunnen we het ooit wel vergeven.” Hij heeft vertrouwen dat het vredesakkoord en daarna de vrede zal slagen. “Er is geen weg terug meer”, besluit de vakbondsleider beslist. 
 

Julio Roberto in gesprek met kamerleden

 

Afgelopen jaar zijn er vredesakkoorden getekend. Vakbondsleider Julio Roberto Gomez is betrokken bij het vredesproces. Hij wil daarbij alle bevolkingsgroepen een stem geven; van de boeren en ontheemden tot aan de inheemse bevolking, “Vooral de mensen die anders nooit gehoord worden.”